De aanslag in Parijs


  • Kayıt: 21.03.2015 23:28:00 Güncelleme: 21.03.2015 23:28:00

Al weken domineert het de voorpagina’s in heel Europa: de aanslagen in Parijs waarbij politieagenten en cartoonisten gedood werden. Volgens velen waren het onschuldigen, volgens anderen waren het provoceerders. Het weerhield het overgrote deel van de maatschappij er niet van om hun steunbetuiging uit te spreken voor de slachtoffers van de terreurdaad.

 

Hashtags zoals ‘je suis Charlie’ en ‘I love my prophet’ vlogen je om de oren. Maar vrijwel niemand had eigenlijk door dat deze wanhopige kreet om eenheid tegen terroristen, juist polariserend werkte. Men hoefde maar even rond te surfen op google om te lezen dat veel moslims niet gecharmeerd waren van deze eenzijdige steunbetuiging. “Want”, zo vroegen zij zich af, “waar waren deze steunbetuigingen toen duizenden massaal afgeslacht werden in Syrië, Palestina, Centraal Afrikaanse Republiek, Nigeria, Irak et cetera?”. Een vraag die niet helemaal onterecht was, want de aanslag in Parijs in januari 2015 had 12 doden en 11 gewonden als gevolg. In de eerdergenoemde landen ging het om duizenden en duizenden doden en tienduizenden gewonden.

 

Dus vanwaar deze plotselinge empathie? Volgens veel mensen was deze empathie simpelweg hypocriet en kwam het niet voort uit liefde voor de medemens, maar uit angst. Angst dat geweld zo dichtbij kon komen. Tenslotte zijn landen zoals Nigeria lekker ver weg van ons warm bedje in Europa, maar nu komt terreur door het geweld in Parijs wel erg dichtbij. En juist dat verklaart de grote shock die men in Europa had. Niet alleen was de aanslag erg dichtbij, ook waren de daders geen wildvreemde mensen met een andere cultuur uit een ver land. De daders waren mensen die in Parijs waren geboren en getogen. Ze spraken accentloos Frans en kenden de Franse cultuur door en door.

 

Dat brengt het voor de gemiddelde Nederlander ook erg dichtbij. Er zijn namelijk genoeg Nederlanders die volgens sommigen zomaar eens een aanslag kunnen plegen. De stigmatisatie van een hele bevolking is hierbij een feit geworden. Nederlanders die al generaties lang in Nederland wonen, maar middels hun grootouders roots hebben in een ander land, worden met angst bekeken. Brandbommen (zoals bij een slapend Turks gezin met drie kinderen in Belgisch-Limburg), dreigementen (zoals bij de Turkse moskee in Rotterdam) en andere racistische uitingen zijn nu aan de orde van de dag. Veel Nederlanders zijn achterdochtig geworden en wantrouwen een hele bevolkingsgroep. Een groep die veelal wordt beschreven als ‘moslims’ en de één na grootste religie van Nederland vormen.

 

Wellicht zal het hiermee duidelijker worden wat de onvrede is onder Turken, wat men veelvuldig tegenkomt op het internet. Nederland was één van de landen die weigerden om de terreurorganisatie PKK te verbannen. De sympathie ging zelfs zo ver dat Groenlinks-parlementariër mevrouw Britta Bohler als advocaat optrad voor PKK-leider Öcalan, een terroristenleider die verantwoordelijk is voor 35.000 doden (een veelvoud van de 12 slachtoffers in Parijs dus). Nu is terreur nooit goed te praten, maar het zou een schrale troost zijn voor veel mensen als Nederland dit zelf ook zou erkennen. Nederland kan namelijk moeilijk eenheid prediken na één terreuraanslag in Parijs, terwijl het zelf een hand boven

 

het hoofd van een andere terreurorganisatie houdt. Vooral omdat de PKK het niet bij één terreuraanslag pleegt, maar tussen 1979 tot op heden vele duizenden terreuraanslagen pleegt waarbij nu al meer dan 50.000 doden zijn gevallen.

 

Indien Nederland echt eenheid wil creëren onder zijn bevolking, dan is het nu tijd voor standvastigheid en solidariteit. Niet voor hypocrisie en dubbele maatstaven waardoor juist polarisatie toeneemt en eenheid onmogelijk wordt. Je kunt namelijk terreur niet, goedkeuren en tegelijk afkeuren; dat werkt onvrede op. Er zijn nu al geluiden te horen op internetfora dat Nederland terreur alleen afkeurt als de slachtoffers Europese christenen, maar het juist toejuicht als het om (bijvoorbeeld) Turkse moslims zijn. Voor Nederland zal het er nu om gaan: de mensen hebben geen behoefte aan woorden maar daden. Juist door de aanslag in Parijs mag men verwachten dat Nederland nu begrijpt wat andere landen doormaken door aanhoudend terreur en dat Nederland zich er ook naar gedraagt. Zal Nederland deze empathie kunnen doorzetten? Mijn overpeinzing van deze maand is dus een pittige…

 

 

Drs. Armand Sağ